Pensioengerechtigde leeftijd en belastingen
Als u dit jaar de pensioengerechtigde leeftijd bereikt, dan gaan er ook fiscaal een aantal zaken veranderen. In dit artikel een overzicht van de belangrijkste wijzigingen.
De pensioengerechtigde leeftijd
Tot voor kort stond de pensioengerechtigde leeftijd gelijk aan 65 jaar. De komende jaren gaat deze leeftijd echter in stapjes omhoog naar 67 jaar en daarna wordt deze in lijn gebracht met de levensverwachting. De pensioengerechtiogde leeftijd neemt de komende jaren dus elk jaar iets toe:
- 2013 65 jaar en 1 maand
- 2014 65 jaar en 2 maanden
- 2015 65 jaar en 3 maanden
- 2016 65 jaar en 5 maanden
- 2017 65 jaar en 7 maanden
- 2018 65 jaar en 9 maanden
- 2019 66 jaar
- 2023 67 jaar
Fiscale gevolgen bereiken pensioengerechtigde leeftijd:
- Mogelijk recht op ouderenkorting: u moet op 31 december van het jaar pensioengerechtigd zijn.
- Mogelijk recht op alleenstaande ouderkorting: u moet op 31 december van het jaar pensioengerechtigd zijn.
- Inkomstenbelasting: vanaf de maand dat u pensioengerechtigd wordt, gelden de aangepaste (lagere) tarieven van de 1e en 2e schijf. Hierin vervalt namelijk het premiedeel voor de AOW.
- Heffingskortingen: Vanwege het vervallen van de premieplicht AOW worden de heffingskortingen vanaf dat moment ook naar rato lager.
- Extra vrijstelling over box 3 vermogen (ouderentoeslag): u moet op 31 december van het jaar pensioengerechtigd zijn.
- Lijfrentepremies: nog aftrekbaar in het jaar dat u pensioengerechtigd wordt, daarna niet meer.
- Ziektekosten: extra aftrek van 113%. U moet op 1 januari van het jaar pensioengerechtigd zijn.
- Huurtoeslag: als de meestverdiener in uw huishouden op 1 januari van het jaar pensioengerechtigd is, dan gelden de regels voor pensioengerechtigden.
Fiscale gevolgen voor ondernemers:
- Zelfstandigenaftrek: u heeft recht op 50% van de gewone zelfstandigenaftrek als u op 1 januari van het jaar de pensioengerechtigde leeftijd heeft.
- Oudedagsreserve: als u op 1 januari van het jaar pensioengerechtigd bent, dan mag u dat jaar geen toevoegingen meer doen aan de oudedagsreserve. Verder neemt in dat jaar de oudedagsreserve verplicht af met het bedrag dat de reserve bij het einde van dat jaar groter is dan het ondernemingsvermogen op dat moment. Er is dan sprake van een belaste vrijval.
Belastingtip; vraag voorlopige aanslag aan ter voorkoming van naheffing
Bij het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd gaat u vaak uit meerdere bronnen inkomsten ontvangen. Zo zult u, naast de AOW, wellicht ook nog van één of meerdere pensioenfondsen uitkeringen gaan ontvangen. En misschien ook nog wel een lijfrente van een bank of verzekeraar. De kans is groot dat er over deze pensioenen en uitkeringen te weinig loonheffing ingehouden wordt. Bij de jaarlijkse aangifte wordt u dan geconfronteerd met een naheffing. De uitkerende instanties doen op zich niets fout, het wordt veroorzaakt door de progressieve belastingtarieven. Om een naheffing te voorkomen raden wij u aan bij pensionering voor het nieuwe jaar een voorlopige aanslag aan te vragen. U weet dan waar u aan toe bent en u betaald de te weinig ingehouden loonheffing in maandelijkse termijnen. En dat is meestal aangenamer dan een onverwachte naheffing achteraf. Bent u al vroeg in het jaar gepensioneerd, vraag dan voor dat jaar al een voorlopige aanslag aan. U vindt het programma voor het aanvragen van een voorlopige aanslag op de website van de Belastingdienst.